Page 121 - Tegendraads
P. 121

Is dat bestuurlijke logica, vraag je je dan af?
Op een bestuursvergadering kort hierna werd gaande de vergadering duidelijk dat
een aantal bestuursleden vooroverleg had gehad. Zonder dat Wim Melis of ik er iets van wisten, had men een oplossing bedacht voor het ontstane financiële probleem. We moesten een croissanterie beginnen door het voorste deel van de galerie, dat men niet echt bij een galerie vond passen, te verhuren aan een franchiseonderneming die elders in de stad ook croissanteries exploiteerde. Men had ook al bedacht wie het haalbaarheidsonderzoek moest doen. Gezien de positionering van Noorderlicht in het centrum van de stad kon het niet anders dan een succes worden. Wim en ik waren in eerste instantie zo flabbergasted dat we nauwelijks reageerden.
Uiteindelijk vroeg ik: ‘Heren, is dit een grap?’. Men vond dat geen leuke opmerking. Nee, dat was het niet en ik moest dit idee als directeur serieus nemen. De sfeer werd er niet beter op. Ik stelde onder andere dat er voor culturele instellingen een grens was aan de manieren waarop je aan geld kunt komen en dat dit wellicht het moment was om vanwege bestuurlijke redenen de deur dicht te doen.
Na veel non-verbale en geïrriteerde communicatie stond Wim Melis stilletjes op. Hij liep, volledig in rust, rond de tafel, legde zijn hand in het voorbijgaan op mijn schouder – een gebaar dat de voorzitter zeer irriteerde – en verliet de vergaderruimte.
Op het moment dat hij de drempel overliep ging een pinnige blik van de voorzitter richting de deur en vroeg hij wat Wim van het idee vond. ‘Dit onderwerp is voor mij niet bespreekbaar’, was Wim’s antwoord. Daarop gaf de voorzitter een enorme klap op de tafel. De andere bestuursleden schrokken zich rot. Er werd aan mij gevraagd wat ik vond van dit gedrag van deze medewerker. Ik heb geantwoord dat het een logische reactie was, omdat je in een bestuursvergadering niet spreekt over fundamentele zaken die niet van tevoren zijn besproken en zijn geagendeerd. De weken erna heb ik geweigerd het gevraagde onderzoek op de rails te zetten. Het idee is daarna nog een paar keer teruggekeerd in de bestuursvergaderingen. Het idee van de croissanterie is daarmee een zachte dood gestorven. Dat kwam ook omdat een aantal bestuursleden inmiddels was vertrokken. Anders was het idee misschien wel doorgedrukt en had men mij toen al de laan uit gestuurd. Hieraan zie je dat voor kleine cultuurinstellingen als Noorderlicht de dreiging soms van binnenuit komt. We hebben het er in verband met de Code Cultural Governance regelmatig over dat een directeur niet deugt, maar ook een bestuur kan passieloos en onbenullig zijn.”
Visitatieonderzoek
“In 2013 voerde de Kunstraad een visitatieonderzoek uit naar de stad over de aanwezige kunst en cultuur. Uit dat gedegen onderzoek kwam Noorderlicht zeer positief naar voren.
| 119


























































































   119   120   121   122   123